Positieve reacties van de fracties op het wetsvoorstel verplichtstelling vertrouwenspersoon.

Afbeelding Positieve reacties van de fracties op het wetsvoorstel verplichtstelling vertrouwenspersoon.

Het wetsvoorstel tot verplichtstelling van de vertrouwenspersoon (Memorie van Toelichting) is door de fracties van VVD, D66, CDA, SP, PvdA en SGP  voorzien van een schriftelijke reactie met vragen en opmerkingen. Uit het verslag (verslag 24 februari 2022) blijkt dat het merendeel van de fracties positief tegenover het wetsvoorstel staat en overtuigd is van nut en noodzaak. Wel plaatsen zij nog enkele kritische vragen en opmerkingen bij het voorstel. De fractie van SGP staat terughoudend tegenover het wetsvoorstel en plaatst (nog steeds) vraagtekens bij de verplichtstelling van de vertrouwenspersoon in de strijd tegen ongewenst gedrag.

Vragen/opmerkingen t.a.v. voorstel

Enkele vragen c.q. opmerkingen die door de fracties zijn gemaakt en door de initiatiefnemer, mevrouw Maatoug, beantwoord c.q. verduidelijkt moeten worden:

Aanleiding en achtergrond van het wetsvoorstel:

  • Benadrukken van de eigen verantwoordelijkheid van de werkgevers onder andere ten aanzien van het creëren van meer bewustwording van de functie van vertrouwenspersonen op de werkvloer.
  • De verhouding van het wetsvoorstel tot de verplichtingen uit het Internationale Arbeidsorganisatie (ILO-) Verdrag betreffende geweld en intimidatie (ILO-verdrag);
  • De noodzaak tot het wettelijk verankeren van de rechtsbescherming van de vertrouwenspersoon gelet op de model-aanstellingsbrief die de regering heeft ontwikkeld en waarin de onafhankelijkheid van de vertrouwenspersoon wordt vastgelegd.

Inhoudelijk:

  • Verduidelijken van de certificering van vertrouwenspersonen en kosten die hiermee gepaard gaan;
  • Het verduidelijken van de voor- en nadelen van een interne vertrouwenspersoon gelet op het eventuele risico dat de interne vertrouwenspersoon niet volledig onafhankelijk kan opereren. Hoe kijkt de initiatiefnemer naar de mogelijkheid om ervoor te zorgen dat er altijd een externe vertrouwenspersoon aanwezig is?

Gevolgen:

  • Een aantal fracties heeft zijn bedenkingen bij de praktische werkbaarheid en proportionaliteit (kosten) bij het verplichtstellen van een vertrouwenspersoon voor kleine organisaties (pakweg tussen de 1 en 50 fte). Zijn voor kleinere organisaties geen betere instrumenten denkbaar?

Verplichting klachtenregeling?

In het verlengde van dit wetsvoorstel is door een van de fracties nog de vraag gesteld hoe de initiatiefnemer aankijkt tegen het opnemen van een verplichting in de wet inzake het instellen van een klachtencommissie en het hebben van een klachtenregeling teneinde de handhaving van het verbod op ongewenst gedrag te verbeteren. Deze vraag sluit aan bij de verplichtingen voor Nederland die voortvloeien uit het ILO-verdrag waarin is opgenomen dat iedere lidstaat passende maatregelen dient te treffen op het gebied van klachten- en onderzoeksprocedures.

Verder vervolg

De positieve uitkomst van deze schriftelijke consultatie op het wetsvoorstel, alsmede het eerdere besluit van het kabinet tot het versterken van de (nationale) aanpak van seksueel grensoverschrijdend gedrag en seksueel gedrag door het aanstellen van een regeringscommissaris op dit gebied (Nieuwsbericht op Rijksoverheid), biedt een goed vooruitzicht voor de verdere behandeling van het wetsvoorstel in de Tweede Kamer. De beurt is nu aan de initiatiefnemer om de vragen en opmerkingen van de verschillende fracties afdoende te beantwoorden. De fracties in de Tweede Kamer gaan vervolgens met de minister in debat over het wetsvoorstel waarbij ook wijzigingen die zijn voorgesteld worden besproken. Vervolgens zal het wetsvoorstel voor de laatste fase naar de Eerste Kamer gaan.

Actueel 

Klik hier voor het meest actuele nieuws betreffende dit onderwerp. 

Auteur

Afbeelding

Adinda Lammens

senior compliance officer, adviseur en externe vertrouwenspersoon