Witwasbestrijding: Een nieuw blik open trekken of de blik opnieuw afstellen?

Afbeelding Witwasbestrijding: Een nieuw blik open trekken of de blik opnieuw afstellen?

Al enige jaren is het thema ‘Ken uw klant’ en alle hieraan gerelateerde onderwerpen als CDD, AML, CTF dagelijkse kost voor de financiële sector. Vanuit organisaties als FATFThe Wolfsberg Group en The Egmont Group worden aanbevelingen gedaan over de aanpak van financieel-economische criminaliteit. Europa vaardigt richtlijnen uit ter voorkoming van witwassen en financiering van terrorisme. Op nationaal niveau worden wetten aangepast en nieuwe regelgeving geschreven om dit soort risico’s effectief te beheersen. De toezichthouders geven in leidraden aan hoe zij de wet- en regelgeving interpreteren. Ook laten zij steeds vaker hun tanden zien door het instellen van onderzoeken op dit gebied. De financiële sector wordt de duimschroeven aangedraaid.

Tenminste, zo wordt het vaak gevoeld in de sector. Natuurlijk, de sector heeft alle belang bij een schoon systeem en daar moeten ook alle betrokkenen aan meewerken. Er zijn initiatieven gelanceerd om met een betere samenwerking tussen bijvoorbeeld publieke en private partijen, dit effectiever en efficiënter aan te pakken. Ook private partijen onderling zijn steeds meer genegen om vormen van samenwerking te onderzoeken. Al deze initiatieven en activiteiten kosten de sector handenvol geld en tijd. Geld en tijd die ook kan worden gestoken in het stimuleren van een duurzame economie om maar eens wat te noemen.

Moeten we blijven doorgaan op de ingeslagen weg?

De vraag waar het ophoudt is wat mij betreft dan ook gerechtvaardigd. Immers, professionals op het gebied van bestrijding van financieel-economische criminaliteit kunnen je vertellen dat het opboksen tegen criminaliteit en hun geldstromen een kat-en-muis spel is. Daar waar de financiële sector als de kat het de muis moeilijker maakt om te opereren, vindt de muis altijd weer een nieuwe manier om de illegale activiteiten te financieren. Kiest een witwasser er echt nog voor om langs de oude paden zijn doel te bereiken of worden er elke dag weer nieuwe paden bedacht? In welke zin helpt het dan om wederom een nieuwe groep CDD analisten op te leiden en achter de computer te zetten teneinde dossiers en transacties van (potentiële) klanten te controleren?

Is het mogelijk om vanuit een ander perspectief te kijken naar wat er nu gebeurt? Kunnen we ons zelf niet eens vragen stellen over wat de juiste aanpak zou zijn om het echte probleem aan de wortels op te lossen? Bestrijden we nu symptomen of het eigenlijke probleem?

Pakken we het probleem wel bij de wortel aan?

Witwassen van geld is, zoals voor de meeste lezers wel bekend, het verhullen van de illegale oorsprong van geld. Daarbij worden de stadia van plaatsing, versluiering en integratie onderscheiden. Het doel ervan is dit geld uiteindelijk te besteden alsof het van legale herkomst is. Bestedingsdoelen genoeg: dure auto’s, excentrieke appartementen, exclusieve horloges, noem maar op. In Nederland is het zo dat het gronddelict van witwassen niet bewezen hoeft te worden. Dat betekent dat voor strafbaarheid niet is vereist dat nauwkeurig moet kunnen worden aangeduid uit welk misdrijf het geld afkomstig is en ook niet waar en door wie dat misdrijf is begaan.

Dit laat onverlet dat de activiteit van witwassen altijd begint met een som geld die is verkregen uit enig strafbaar feit. Met andere woorden: als we die strafbare feiten aanpakken, dan zou er ook minder geld witgewassen hoeven worden. Om het probleem bij de wortel aan te pakken moeten we op zoek naar de grondoorzaken ervan. Het opvolgen van meldingen van ongebruikelijke transacties helpt om mogelijke daders te pakken te krijgen. Echter is het voor mij de vraag of er niet te veel op het adagium ‘volgen van de financiële draad tot de strafbare daad’ wordt vertrouwd. Zouden we naast deze activiteiten ook niet veel meer moeten investeren in het aanpakken van het probleem bij de wortel? Het criminele gedrag zelf?

Wat zouden we anders, beter, meer of minder moeten doen?

Zijn er wellicht andere (aanvullende) benaderingen te definiëren om de criminele activiteiten in te perken? Ideeën hierover zijn meer dan welkom. Onderstaand beschrijf ik een aantal mogelijkheden. Ik besef terdege dat deze niet per se nieuw of baanbrekend zijn. Ook zijn er op diverse terreinen al initiatieven ontplooid.

  1. Stel de verwachtingen bij
    Het idee van de ‘volledig maakbare samenleving’ is aan een herijking toe. Kunnen we alles beïnvloeden? Kunnen we criminaliteit volledig uitbannen? Moeten we onze eigen lat van risico- acceptatie bijstellen naar een realistischer niveau, zodat we als maatschappij ook minder hoge verwachtingen hebben en onszelf over de kop jagen? Natuurlijk fungeren de financiële instellingen als poortwachter, maar tegelijkertijd wordt ook van hen verwacht dat ze hun eigen risico-afweging maken. Als je als instelling deze afwegingen gedegen maakt, dito vastlegt en daarnaar handelt, kan je je altijd verantwoorden. Dat je wellicht, achteraf gezien, meer had kunnen doen is makkelijk gezegd. Zowel de toezichthouders als het Openbaar Ministerie zitten niet op de stoel van de instelling als ondernemer.
  2. Rigoureus doen wat je zegt moet volgen op zeggen wat je doet
    Het is nog vaak genoeg het geval dat financiële instellingen in hun eigen mes vallen. Er zijn voorbeelden te over van situaties waarin de casus ‘is staring you in the face’ en er toch geen adequate maatregelen worden genomen. Het verhaal begint pas bij het opstellen van een gedegen AML/CTF beleid. Als je in het beleid bijvoorbeeld schrijft, dat je risicoafwegingen maakt en daarbij opsomt welke criteria je hiervoor inzet, zorg dan ook dat je als financiële instelling dit ook aantoonbaar uitvoert. Rigoureus doen wat je zegt moet volgen op zeggen wat je doet. Dat vereist niet alleen geëngageerde, kundige medewerkers, maar ook leiderschap en kundig, betrokken en stevig management.
  3. Richt je eerst op de grote risico’s, daarna op de kleinere
    Zoals treffend wordt beschreven in het boek ‘Moneyland’ van Oliver Bullough hebben de grote jongens nog steeds een schijnbaar onaantastbare status door te profiteren van internationale gaten in wet- en regelgeving. In internationaal verband beter samenwerken aan de aanpak van deze grote netwerken zou een grote slag toebrengen. Ik geloof dat ook wat betreft witwassen Pareto’s 80/20 regel van toepassing is. Pak nu eerst de 20% criminelen die verantwoordelijk zijn voor 80% van de totale som aan witgewassen gelden. Doe dat, voordat je veel tijd en energie steekt aan het pakken van de mensen achter de laatste 20%.
  4. Investeer in internationale, grensoverschrijdende opsporingscapaciteit
    Als maatschappij hebben we met elkaar afspraken gemaakt over hoe we willen samenleven en samenwerken, ook in internationaal opzicht. Ondanks dat de meerderheid van de bevolking zich aan deze afspraken houdt, is er altijd een deel dat zich op onderdelen minder hier aan houdt. Deze afspraken moeten dus worden gemonitord. Verantwoordelijken moeten vervolgens op niet nakoming worden aangesproken. Hiervoor is capaciteit en durf nodig. In de zin van financieel-economische criminaliteit: als de financiële sector een veelheid aan signalen afgeeft over situaties waarin nader onderzoek door opsporingsdiensten nodig wordt geacht, dan moeten we als samenleving onder ogen zien, dat het probleem misschien wel groter is dan we in eerste instantie dachten. Dit besef kan niet zonder gevolgen blijven als we tenminste het probleem serieus nemen en willen oplossen. Zoals mijn collega Jasmijn Vis recent ook in haar blog, ‘De financiële sector onder vuur door witwasproblematiek‘, schreef: Witwassen is een internationaal probleem, dat je niet nationaal kunt oplossen.
  5. Investeer in meer effectieve methoden voor het identificeren van patronen in betaalverkeer
    Traditionele manieren van transactiemonitoring leveren toch nog vaak een groot aantal ‘false positives’ op: signalen die bij nader inzien niet wijzen op witwasactiviteiten. Natuurlijk doen financiële instellingen nu al hun best dit percentage te laten dalen, maar vaak nog wel met de toepassing van de aloude ‘business rules’. Iets is beter dan niets, maar gelukkig ontwikkelen artificial intelligencemachine learning en deep learning zich in een razend tempo. Het is goed om deze ontwikkelingen te blijven ondersteunen, dit voortdurend toe te passen op de praktijk van criminaliteit- en witwasbestrijding en daarmee te komen tot een nog effectievere aanpak.

Wat zijn jouw ideeën?

Heb je als lezer van deze blog een goed idee om witwasbestrijding en/of de onderliggende criminaliteit aan te pakken die radicaal verschilt met de huidige aanpak? Ik nodig je van harte uit deze te delen. Op basis van alle inhoudelijke reacties op deze blog zou ik graag een volgend blog willen schrijven, zodat we echt iets kunnen veranderen met elkaar in het maatschappelijk belang. “Een goed idee begint vaak met een droom”

Deze blog is tot stand gekomen in goede samenwerking met Marcus Wagemakers en Musa Elmas.

Auteur

Afbeelding

Eric Schuiling

kennis- en programmamanager & senior compliance adviseur