Wat staat ons te wachten met de Wet bescherming klokkenluiders?

Afbeelding Wat staat ons te wachten met de Wet bescherming klokkenluiders?

Op dit moment ligt er een wetsvoorstel om de Wet Huis voor klokkenluiders aan te passen. Aanleiding hiervoor is de EU richtlijn 2019/1937. Deze richtlijn gaat over de bescherming van personen die inbreuken op het Unierecht melden. Denk hierbij bijvoorbeeld aan regels met betrekking tot financiële producten, consumentenbescherming, witwasbestrijding, privacy, gezondheid en milieu. Door invoering van dit wetsvoorstel wordt niet alleen de EU richtlijn geïmplementeerd maar wordt de Wet Huis voor klokkenluiders ook op een aantal andere punten aangepast. De wet krijgt ook een nieuwe naam die mijn inziens meer recht doet aan de bedoeling van de wet: Wet bescherming klokkenluiders. In deze korte bijdrage vertel ik wat er wijzigt, voor wie de nieuwe wet relevant is, en welke acties je als werkgever (of als compliance officer adviserend aan het bestuur) moet nemen. Tenslotte deel ik ook een aantal van mijn beschouwingen op het wetsvoorstel.

Wat wijzigt er?

Op grond van het wetsvoorstel dat nu voorligt, wijzigen de volgende punten:

  • De rechtspositie van de melders wordt beschermd. Dit betekent dat wanneer melders tijdens of na het doen van een melding worden benadeeld door hun werkgever of door een bevoegde instantie, dat er standaard van uit mag worden gegaan dat deze benadeling verband houdt met het doen van de melding. Vanwege de omgekeerde bewijslast is het aan de werkgever (of de bevoegde autoriteit) om aan te tonen dat benadeling geen verband houdt met de melding. Deze bescherming is ook van toepassing op degene die de melder bijstaat (bijvoorbeeld de vertrouwenspersoon) of een derde.
  • Melders, personen die melders bijstaan, en betrokken derden worden gevrijwaard wanneer zij (kort gezegd) volgens de wet melden of openbaar maken.
  • De groep personen die ondersteuning en rechtsbescherming krijgt wordt groter (ook sollicitanten, aandeelhouders, bestuurders, aannemers, onderaannemers, leveranciers en aandeelhouders hebben aanspraak op rechtsbescherming en ondersteuning).
  • Wie opzettelijk en bewust onjuiste of misleidende informatie meldt, geniet geen bescherming en kan daarvoor zelfs worden gestraft.
  • Personen die een melder bijstaan en betrokken derden worden beschermd.
  • Eisen voor interne meldkanalen van werkgevers worden aangescherpt (procedure, reactietermijnen, verplichting tot een register).
  • Andere regels voor externe meldkanalen (zoals DNB, AFM, AP, IGJ, NZa, ACM en HvK)

Voor wie is dit relevant?

De huidige en de nieuwe Wet Huis voor Klokkenluiders is van toepassing op alle private organisaties bij wie in de regel ten minste vijftig personen werkzaam zijn en bij alle organisaties die onder de verantwoordelijkheid van de overheid vallen. De grens van vijftig mensen geldt niet voor de organisaties in de financiële sector en organisaties die onder de werking van de Wwft vallen. Dat betekent dat alle financiële ondernemingen – ongeacht hoe groot ze zijn – zij onder deze wet komen te vallen. Zoals het wetsvoorstel nu is geschreven moeten werkgevers die minder dan 50 werknemers in dienst hebben alleen een regeling ten aanzien van het unierecht indienen. Het is mijn advies om ook het melden van misstanden in de regeling op te nemen.

Welke acties moeten werkgevers nemen?

Werkgevers moeten de ‘Regeling melden vermoeden onregelmatigheid, integriteitsincident of misstand’ – ook wel klokkenluidersregeling genoemd – aanpassen. En een aantal werkgevers die tot nu toe hier nog niet mee te maken hebben gehad, zullen een nieuwe regeling en een bijbehorend intern meldsysteem moeten inrichten.

  • Uitbreiden van de groep personen die gebruik mogen maken van de regeling.
  • Melders mogen vermoedens van misstanden ook openbaar maken.
  • In de regeling is niet alleen aandacht voor misstanden, maar ook inbreuk van unierecht.
  • Meldingen over misstanden en inbreuken op het unierecht moeten te allen tijde vertrouwelijk worden behandeld (nu is dat alleen indien de werknemer hiertoe verzoekt).
  • Toevoeging van reactietermijnen vanuit de werkgever nadat de werknemer een misstand of inbreuk op het unierecht heeft gemeld.
  • De melder mag in bepaalde situaties het vermoeden van een misstand of inbreuk op het unierecht openbaar maken.

Beschouwingen

EU Richtlijn Ik ben positief over het idee dat nu alle lidstaten aan de slag moeten met het beschermen van klokkenluiders. In Nederland hebben we al enige tijd bescherming van klokkenluiders wettelijk geborgd. En zelfs met de wettelijke bescherming blijkt bescherming in de praktijk wel eens lastig. In veel andere lidstaten is er nu nog geen wettelijke bescherming. De wettelijke bescherming zie ik als een eerste stap in de goede richting.

Standaard een verband tussen benadeling en melding

De omgekeerde bewijslast  – die inhoudt dat aangenomen mag worden dat benadeling van de melder altijd verband houdt met het doen van een melding – is wat mij betreft een hele goede ontwikkeling. Dit verstevigt de positie van de melder enorm. Ik ben gelijk wel heel benieuwd hoe dit in de praktijk werkt voor werkgevers: wanneer is de bewijslast voldoende om aan te tonen dat benadeling niet verband houdt met de melding?

Reactietermijnen

Ik vind het een vooruitgang dat de werkgever expliciet moet maken wat de reactietermijn is nadat de melder een melding doet van een vermoeden van een misstand, dan wel inbreuk op het unierecht. Ik vind het teleurstellend dat werkgevers (en ook bevoegde autoriteiten) de mogelijkheid wordt geboden om drie maanden de tijd te nemen voor onderzoek. Dat is naar mijn idee veel te lang voor melders. Na het doen van een melding is elke week wachten eigenlijk al lang. Grondig onderzoek doen kan echter tijd kosten. Het zou fijn zijn als er een verplichting komt om melders om de paar weken over de voortgang te informeren zodat je je als melder niet ‘niet gehoord’ of zelfs verloren voelt.

Centraal meld- en onderzoekspunt

Ik vind het positief dat werkgevers (van 595 tot 249 werknemers) in de mogelijkheid worden gesteld om gezamenlijk een meldpunt in te richten en dat dit meldpunt dan ook de onderzoeken mag uitvoeren. Dit stelt kleinere organisaties in de gelegenheid om bijvoorbeeld via een branchevereniging een centraal meldpunt in te richten. Ik ben benieuwd of organisaties hiertoe bereid zijn, omdat je je dan wel moet verantwoorden aan een meldpunt dat niet intern belegd is.

Lastige belangenafweging

Een melder mag in sommige gevallen via de media melden. Dit vraagt om een zorgvuldige afweging waarvan ik me kan indenken dat deze lastig is om te maken. Het doen van een melding heeft niet alleen gevolgen voor de melder, maar ook voor de organisatie of personen over wie de melding gaat. De schade die openbaarmaking van de melding oplevert moet worden meegenomen in de afweging. Het is goed om melders erop te wijzen dat zij een beroep kunnen doen op een vertrouwenspersoon zodat de melder niet deze afweging alleen hoeft te maken.

Kritiek op het wetsvoorstel

Tijdens de internetconsultatie is er kritiek gekomen op het wetsvoorstel. Dat ziet onder andere op het complexer worden van de wet in plaats van deze te vereenvoudigen. Daarnaast heeft de kritiek betrekking op het feit dat in het wetsvoorstel de uitkomsten van de evaluatie van de Wet Huis voor klokkenluiders niet worden meegenomen. Een van de kritieken komt van Transparancey International. Minister Ollongren heeft in december een reactie gegeven. In de brief is te lezen dat veel evaluatiepunten niet worden overgenomen door de minister en dat de meeste punten die wel worden meegenomen in een volgende ronde van wetswijziging worden meegenomen. Positief punt is dat de minister het plan ondersteunt om klokkenluiders beter te ondersteunen bijvoorbeeld via een algemeen onafhankelijk centraal fonds. In de zomer van 2021 zal de minister de Kamer daar verder over informeren.

Voortgang van het wetsvoorstel

De wijzigingen moeten uiterlijk 17 december 2021 geïmplementeerd zijn. Het wetsvoorstel ligt nu bij de Raad van State en zal daarna worden aangeboden aan de Tweede Kamer. In dit voorjaar wil de minister een website inrichten met als doel werkgevers (en andere betrokkenen) tijdig te informeren over de aanstaande wijzigingen. Het wetsvoorstel dat als gevolg van de evaluatie nodig zal zijn, zal in de loop van 2021 opgesteld worden.

Vragen

Heb je vragen naar aanleiding van dit wetsvoorstel? Bijvoorbeeld over het aanpassen of inrichten van de meldregeling? We helpen u graag.