Vermogensscheiding voor betaalinstellingen en elektronischgeldinstellingen

Afbeelding Vermogensscheiding voor betaalinstellingen en elektronischgeldinstellingen

Betaalinstellingen en elektronischgeldinstellingen hebben de wettelijke plicht om in bewaring genomen geldmiddelen van cliënten zodanig in veiligheid te stellen dat deze niet vermengd kunnen worden met geldmiddelen van hun andere schuldeisers.

Er is een situatie ontstaan waarin financiële ondernemingen geldmiddelen van cliënten veiligstellen via specifiek hiervoor opgerichte bewaarinstellingen (vaak in de vorm van een stichting derdengelden). De interne procedures en maatregelen voor deze bewaarinstellingen zijn echter voor de verschillende soorten financiële ondernemingen anders vastgesteld. Daardoor is sprake van onduidelijkheid.

DNB heeft, om deze onduidelijkheid in de beleidsregel weg te nemen, de voorwaarden uitgewerkt waar het gebruik van een bewaarinstelling ten minste aan moet voldoen om te kunnen waarborgen dat andere schuldeisers van de financiële onderneming hun vorderingen niet op de, door deze onderneming aangehouden, geldmiddelen van cliënten kunnen verhalen.

DNB en de Autoriteit Financiële Markten hebben omwille van transparantie en consistentie zoveel mogelijk overeenstemming bewerkstelligd tussen:

  • de uitwerking van de voorwaarden voor bewaarinstellingen, zoals opgenomen in deze beleidsregel; en
  • de daarbij genoemde voorwaarden voor bewaarinstellingen van banken en beleggingsondernemingen, zoals opgenomen in de gewijzigde regeling gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft, die door de Autoriteit Financiële Markten ter consultatie op 8 juli 2016 is gepubliceerd.

De consultatietermijn is per 5 september gesloten.

Bron: DNB