Veel meer organisaties worden verplicht om een klokkenluidersregeling in te richten

Afbeelding Veel meer organisaties worden verplicht om een klokkenluidersregeling in te richten

Op dit moment kennen we in Nederland de Wet Huis voor klokkenluiders die werkgevers verplicht om een meldprocedure in te richten. Deze wet wordt zeer waarschijnlijk in december van dit jaar gewijzigd en dat heeft gevolgen voor veel organisaties. In deze korte bijdrage licht ik een aantal wijzigingen toe.

Reikwijdte vergroot

De huidige Wet Huis voor Klokkenluiders is van toepassing op alle werkgevers waar gemiddeld 50 medewerkers of meer werken. In de nieuwe regelgeving wordt niet meer gesproken over ‘werknemers’ maar over ‘personen’. De richtlijn en de wet zijn van toepassing op interne en externe werknemers, commissarissen, stagiaires, vrijwilligers, adviseurs, leveranciers, (onder)aannemers en aandeelhouders. Door deze wijziging is de wet op meer organisaties van toepassing dan nu het geval is.

De richtlijn is bedoeld voor alle personen die in het kader van hun werkzaamheden in aanraking zijn gekomen met inbreuken op het Unierecht en door het melden van deze inbreuken benadeeld kunnen worden. Voorbeelden van unierecht zijn EU-regels ten aanzien van financiële markten, witwassen, producten en diensten, maar ook over veiligheid. Wanneer er geen machtsongelijkheid is, is er geen bescherming nodig, zo is de gedachte. Een DGA die een inbreuk op Unierecht wil melden van zijn collega DGA heeft zodoende geen bescherming.

De richtlijn en het wetsvoorstel zijn van toepassing op private ondernemingen met gemiddeld meer dan vijftig personen en op alle entiteiten in de publieke sector. De grens van vijftig personen is niet van toepassing op alle organisaties die onder financieel toezicht vallen of onder witwaswetgeving. Al die organisaties moeten hoe dan ook een meldprocedure inrichten. Dat betekent dat zelfs een kleine financieel dienstverlener waar gemiddeld vier personen werken hier mee aan de slag moet.

Veilige werkomgeving

Doordat het op grond van het nieuwe wetsvoorstel is toegestaan om als melder sneller extern – bij een autoriteit of bij de pers – te melden, is het belang van een veilige werkomgeving nog belangrijker geworden. Je wilt immers als organisatie graag de kans krijgen een vermoeden van een misstand of inbreuk zelf op te lossen. Aangezien organisaties op grond van deze nieuwe wetgeving niet mogen verplichten om eerst een interne melding te doen, doen zij er goed aan om het intern melden zo aantrekkelijk mogelijk te maken. Daarmee bedoel ik: een open organisatiecultuur waarin iedereen zich veilig voelt om een probleem intern aan te kaarten, zonder angst voor represailles door het management of collega’s.

Inhoudelijke gevolgen

Naast het toenemende belang van een veilige werkomgeving  en de vergrote reikwijdte heeft deze nieuwe wetgeving meer gevolgen waar werkgevers rekening mee moeten houden. Eerder schreef ik een kort artikel met de belangrijkste wijzigingen.

Achtergrond wetsvoorstel Wet bescherming klokkenluiders

Het wetsvoorstel strekt tot implementatie van de richtlijn (EU) 2019/1937 inzake de bescherming van personen die inbreuken op het Unierecht melden. De gedachte achter de bescherming van melders van inbreuken op het Unierecht is dat meldingen van inbreuken op het Unierecht de handhaving daarvan bevorderen. Deze richtlijn is op 7 december 2019 in werking getreden en moet op 17 december 2021 in de Nederlandse wetgeving zijn geïmplementeerd. Daarnaast zijn in het wetsvoorstel enige wijzigingen in de Wet Huis voor klokkenluiders aangebracht met het oogmerk die wet te verduidelijken.

Kritieken

De verduidelijking is niet volgens iedereen gelukt. Transparency International (TI-NL), maar ook de Raad van State is daar minder positief over. In juni benadrukte TI-NL nog eens dat het op grond van het wetsvoorstel voor melders onoverzichtelijk kan worden om te bepalen bij welke autoriteit ze moeten melden. Dit komt, doordat (potentiële) melders moeten bepalen of een gebeurtenis kwalificeert als een inbreuk of als een misstand. Door de verstrengeling van Unierecht en nationaal recht zal een dergelijk onderscheid niet gemakkelijk te maken zijn – ook niet door een bevoegde autoriteit. TI-NL benoemt dit als een groot risico, omdat de rechtsbescherming van de melder afhankelijk is van het melden bij het juiste loket. Ik vraag me af in hoeverre een inschattingsfout van de melder kan leiden tot het verlies van de bescherming, wanneer het weloverwogen heeft plaatsgevonden. Dit zal de toekomst moeten gaan uitwijzen.

Stand van zaken wetsvoorstel

Nederland heeft  – net als alle Europese lidstaten – 17 december aanstaande als deadline gekregen om de nieuwe regelgeving te laten ingaan. Op dit moment ligt het wetsvoorstel bij de Tweede Kamer. Op 1 oktober wordt het besproken door de vaste commissie van Binnenlandse zaken waarna het in de Tweede Kamer wordt behandeld. Daarna moet het nog door de Eerste Kamer. Het wordt spannend of Nederland de deadline van 17 december zal gaan halen.

Vragen

Heb je vragen over de manier waarop je de nieuwe regels moet oppakken in je eigen organisatie? Neem gerust contact op met ons. We helpen op dit moment al verschillende organisaties met het inrichten van de meldprocedure en het meld- en onderzoekspunt.