Raad van State en wetenschappers kritisch over de Wet bescherming klokkenluiders

Afbeelding Raad van State en wetenschappers kritisch over de Wet bescherming klokkenluiders

Als onderdeel van het wetgevingsproces is advies van de Raad van State gevraagd en een wetenschapstoets op het wetsvoorstel Wet bescherming klokkenluiders. Het advies en de wetenschapstoets zijn gepubliceerd.


Advies Raad van State

Op 17 oktober heeft de Raad van State het nieuwe advies over het wetsvoorstel Wet bescherming klokkenluiders gepubliceerd. De Raad van State adviseerde al eerder over dit wetsvoorstel in 2021. In het meest recente advies is gekeken naar de wijzigingen die de tweede nota van wijziging met zich meebracht.

Het advies van de Raad van State heeft betrekking op:

  • De definitie van misstand
  • Adviestaak voor het Huis voor Klokkenluiders
  • Anoniem verzoek tot onderzoek
  • Benadeling melders

Definitie van misstand

De Raad is positief dat er geen onderscheid meer wordt gemaakt in de begrippen ‘misstand’ en ‘EU-inbreuk’. Dit is in lijn met hun eigen advies.

De Raad merkt op dat de reikwijdte van een ‘misstand’ is uitgebreid tot een schending van interne regels van een werkgever. In de voorgestelde wettekst is niet duidelijk aangegeven wat met interne regels wordt bedoeld terwijl dit in de nota van toelichting wel wordt aangegeven. Zo zouden de interne regels niet alleen concreet en duidelijk moeten zijn, maar ook een wettelijke basis nodig hebben. De Raad adviseert deze omschrijving in de wettekst op te nemen.

Adviestaak voor het Huis voor Klokkenluiders

De Raad maakt zich zorgen over de wettelijke verankering van de adviestaak van het Huis. De Raad erkent wel het belang van de adviestaak, maar vreest dat de wetswijziging een impuls kan zijn voor meer activiteiten op dit vlak – met simultaan een verwaarlozing van de andere taken. De Raad geeft daarover aan: “Taakuitbreiding zou geen afbreuk mogen doen aan de bestaande kerntaken van advies en onderzoek in concrete gevallen. Het is daarom nodig de taak van het Huis voor Klokkenluiders verder te concretiseren.”

Anoniem verzoek tot onderzoek

De Raad merkt op dat in de huidige tekst melders de mogelijkheid wordt geboden om anoniem te melden. Dit zou ook gelden voor de verzoeken voor het doen van een bejegeningsonderzoek. Het is ondoenlijk om een bejegeningsonderzoek te doen wanneer de melder anoniem blijft. De Raad adviseert daarom om de mogelijkheid tot het anoniem melden alleen mogelijk te maken voor de verzoeken voor het doen van onderzoek naar misstanden.

Benadeling melders

De Raad constateert dat in de tweede nota van wijziging een overzicht is opgenomen van voorbeelden van benadeling. In de tekst zijn niet alle voorbeelden uit de EU-richtlijn overgenomen. De Raad vindt dat verduidelijkt zou moeten worden wat wel en wat niet onder benadeling valt en of de voorgestelde wettekst overeenkomt met de Europese klokkenluidersrichtlijn.

 

Reflectie op het advies Raad van State

De adviezen van de Raad ten aanzien van de

  • aanscherping van de ‘schending van de interne regels’ die nu onder een misstand vallen en
  • de inperking van de mogelijkheid om anoniem een verzoek voor een bejegeningsonderzoek in te dienen

vind ik logische en nuttige wijzigingen voor de Wet bescherming klokkenluiders. De aanscherping van wat er bedoeld wordt met ‘interne regels’ is nuttig voor toekomstige melders en de organisaties waar zij werken. Het gaat namelijk niet ‘schendingen van alle regels van een organisatie’. De inperking van de mogelijkheid om geen anoniem verzoek te mogen doen voor een bejegeningsonderzoek is niet meer dan logisch, omdat je geen bejegeningsonderzoek kunt uitvoeren als je niet weet om welke persoon het gaat. Ik hoop dat de minister deze wijzigingen overneemt.

De adviezen ten aanzien van de adviestaak van het Huis en de complete lijst met benadelingsvoorbeelden acht ik minder van belang omdat die mijn inziens niet impactvol zijn.

Het advies van de Raad van State is overigens niet bindend. Wel zwaarwegend. De minister kan wijzigingen aanbrengen in het wetsvoorstel of het wetsvoorstel ongewijzigd aan de Tweede Kamer voorleggen.

 

Wetenschapstoets

De gepubliceerde wetenschapstoets bevat kritiek ten aanzien van de ingezette beleidsinstrumenten die zijn ingezet om te komen tot dit wetsvoorstel en zet vraagtekens bij de doeltreffendheid van de wet. Zo concluderen de wetenschappers dat de wet wel overeenkomt met ‘de letter’ van de EU-Richtlijn, maar niet met ‘de geest’.

Volgens de wetenschappers hebben de drie belangrijkste tekortkomingen betrekking op:

  • De toegankelijkheid van de bescherming die de wet biedt
  • De relatie met het arbeidsrecht
  • Het toezicht op en de handhaving van de wet

De toegankelijkheid van de bescherming die de wet biedt

  • De definitie van ‘maatschappelijk belang’ leidt tot onduidelijkheid en kan potentiële melders ervan weerhouden om een melding te doen. De wetenschappers adviseren om aan de hand van een reeks criteria wettelijk vast te leggen wat wordt verstaan onder ‘maatschappelijk belang’ (vergelijkbaar met bijv. de ‘public interest test’ in de UK).
  • De wetenschappers dringen aan op het instellen van een fonds voor klokkenluiders en niet eerst de resultaten van de pilots af te wachten.

De relatie met het arbeidsrecht

  • Uit de gepubliceerde jurisprudentie blijkt dat klokkenluiders in de rechtspraak onvoldoende erkend worden. De wetenschappers vragen zich af waarom geen analyse is gemaakt over wetgeving als remedie voor dit probleem.
  • De arbeidswetgeving kent instrumenten ter bescherming van werkenden die een bepaalde positie bekleden, zoals opzegverboden. De wetenschappers vragen zich af waarom dit niet wordt uitgebreid tot degenen die maatschappelijke misstanden terecht aankaarten.
  • Hoe komt het dat blijkt dat de klokkenluider vaak alle lasten draagt en de veroorzaker niet? Zou ook hier niet het principe ‘de vervuiler betaalt’ moeten gelden?
  • Als de klokkenluider lichamelijke en/of psychische schade oploopt is toch eigenlijk sprake van door de werkplek ontstane gezondheidsschade. Waarom zou de werkgever daar in beginsel niet voor aansprakelijk zijn?

Het toezicht op en de handhaving van de wet

  • De wetenschappers adviseren om een wettelijke invoering van (aanvullende) strafrechtelijke en/of bestuurlijke sancties (voor de benadeling van melders) te overwegen.
  • Zij adviseren ook om een publieke instantie (zoals bijvoorbeeld de Arbeidsinspectie) wettelijk verantwoordelijk te maken voor het toezicht op de interne meldkanalen.

 

Reflectie op de wetenschapstoets

Ik onderschrijf de kritiek en de aanbevelingen die de wetenschappers geven. Met name het gebrek aan handhaving van deze wet was mij eerder al een doorn in het oog. Ik hoop dat de minister deze kritieken ter harte zal nemen. Ik kan mij indenken dat de infractieprocedure die is gestart het niet mogelijk maakt om de wijzigingen nu nog mee te nemen. Ik hoop daarom dat deze wijzigingen bij de eerste wijzigingsronde in 2023 worden meegenomen.

 

Wil je meer weten over de nieuwe wet?

Zie voor een actuele stand van zaken van de Wet bescherming klokkenluiders de volgende pagina. Mocht je meer willen weten over de implementatie van de wet, wees dan van harte welkom op onze online themamiddag ‘Veilig de klok luiden’