Vorige week, op dinsdag 29 januari 2019, publiceerde Transparency International Nederland (TI-NL) de geactualiseerde Corruption Perceptions Index 2018 (CPI). Nederland heeft zich met wederom een 8ste plaats in de top 10 genesteld van landen met de laagst gepercipieerde corruptie van de wereld. De gepercipieerde corruptie in Nederlands is al jaren redelijk stabiel en zelfs licht dalend. Toch laat de index ook een ander beeld zien, de toplanden blijven op een vergelijkbaar niveau als vorig jaar als het gaat om het bestrijden van corruptie.
Transparancy International stelt de index samen op basis van een verzameling van schattingen van het corruptieniveau. 180 verschillende landen en gebieden worden gerangschikt op hun geschatte score. Hieruit zou je op kunnen maken dat een 8ste plek van de 180 verwerkte landen niet zo gek is en dat alles dik in orde is. Maar is dat ook zo?
Corruptie is een wereldwijd probleem
We wijzen voor de problemen graag naar de landen die lager op de CPI staan. Maar zoals Nigeriaans mensenrechten activist de heer F. Falana terecht opmerkt in zijn speeches, het is geen Afrikaans probleem. “It takes two to tango!” Het is te gemakkelijk om te wijzen naar anderen en zelf niets te doen. Er is immers een betalende partij en een financiële instelling bij betrokken. Hoe zit dat dan in Nederland
Corruptie in Nederland
De gepercipieerde corruptie in Nederland werd in 2015 gescoord op 84 punten, in 2016 op 83 punten en in 2017 op 82 punten. In 2018 heeft de score zich gehandhaafd op 82 punten en ziet TI-NL een belangrijk signaal: “Nederland neemt corruptie onvoldoende serieus.” Dit gaat niet enkel om de betrokkenheid van het bedrijfsleven bij de bestrijding van corruptie, maar ook die van de politiek. Aangaande de politieke betrokkenheid is dit nog maar eens bevestigd door de Europese toezichthouder op dit gebied, GRECO. Als we een indruk willen krijgen van het internationale beeld van Nederland op corruptiegebied kunnen we dit goed als startpunt nemen.
Corruptie binnen de Nederlandse overheid
GRECO heeft in haar rapport van augustus 2015 en 2018 geconcludeerd, dat Nederland weinig heeft gedaan met de aanbevelingen uit 2013. Destijds werd al gemeld dat de Eerste en Tweede Kamer weigeren extra procedures in te voeren ter controle en handhaving van de integriteit van parlementariërs. Hoewel steeds meer organisaties verplicht zijn om de schijn van belangenverstrengeling aantoonbaar te voorkomen, lijkt dit voor de politiek niet mogelijk of noodzakelijk.
Toen bleek dat Kamerlid mr. dr. A.W. Duthler (VVD) stemde over een wetsvoorstel waarin adviezen van haar bedrijf waren opgenomen, werd hier door de media met verbazing op gereageerd. Toen bleek echter dat meerdere parlementariërs het belangrijk vinden om met hun voeten in de ‘klei’ te staan, ook al brengt dit belangenconflicten met zich mee. Mevrouw Jorritsma was zelfs van mening dat de enige andere mogelijkheid was om “alleen nog baby’s en mensen die nooit iets hebben gedaan Eerste Kamerlid te maken”.
Er zijn door deze benadering bijvoorbeeld nog altijd geen goede normen over nevenfuncties, geschenken en uitnodigingen. Dit bleek ook tijdens het Pechtold-voorval. Alexander Pechtold zei, dat hij niet verplicht was om te melden dat hij een appartement gekregen had. Hoewel dit formeel juist kan zijn, heeft hij in dit geval wel de schijn van mogelijke belangenverstrengeling tegen zich. Bij de omgang met belangenverstrengeling wordt van Kamerleden verwacht, dat zij netjes omgaan met mogelijke belangenverstrengeling en dat zij elkaars toezichthouder zijn. De Eerste Kamer reageerde op de ontstane ophef door haar eigen regels voor integriteit te onderzoeken.
Corruptie in het Nederlandse bedrijfsleven
In het Nederlandse bedrijfsleven staat het bestrijden van corruptie al geruime tijd op de agenda. Bij corruptie denken mensen soms aan het omkopen van staatshoofden door grote bedrijven. Laten we niet uit het oog verliezen, dat corruptie vele verschijningsvormen kent. Een paar voorbeeldsituaties:
De bovenstaande situaties zijn niet ondenkbaar in Nederland! Met name als dit soort situaties in grotere kring bekend worden is het risico voor alle betrokkenen enorm. Betrokkenheid bij corruptie kan onherstelbare schade toebrengen aan de reputatie van de organisatie, maar zeker ook voor het individu. Dit maakt dat een goede beheersing van dit risico van groot belang is voor u en uw organisatie.
Conclusie
De 8ste plaats op de CPI van Transparancy International is mooi, maar het bestrijden van corruptie in Nederland verdient nog altijd onze aandacht. Wij onderschrijven het belang van duidelijke regels en goed toezicht op de naleving van de regels. Toch moeten de dansers zich meer bewust zijn van het eigen voetenwerk. De eigen verantwoordelijkheid mag niet worden afgeschoven op het mogelijke gebrek aan duidelijkheid. Zeker niet bij functies en posities waar een zeker voorbeeld voor anderen wordt verwacht. Een kleine stap buiten de lijnen kan grote gevolgen hebben.
Een tweede conclusie die wij trekken is dat het toezicht op de naleving van normen voor het tegengaan van corruptie beter moet worden uitgevoerd. Een regel zonder toezicht loopt het risico van normerosie. Bent u op zoek naar een duidelijke en goede norm of naar ondersteuning bij het inrichten van het toezicht? Wij helpen u om de leiding te nemen in het beheersen van het corruptie risico in uw organisatie.