Peter Westdijk
Ik zag in mijn streaming-jaaroverzicht veel nummers van Abba en herinnerde me toen dat Abba op de middelbare school toen echt niet cool was. Supertramp was cool, en Genesis. Abba was een guilty pleasure: dat mocht je niet leuk vinden en als je het toch luisterde, dan deed je dat stiekem zodat je vrienden of vriendinnen het niet wisten.
In de 2023-lijst stond het nummer “Does your mother know?”, waarbij de hoofdpersoon zich afvraagt of “dit soort plezier” wel kan “op jouw leeftijd”. Maar hij (mijn interpretatie) denkt er toch wel over na… En zoekt naar wat nog net wel kan: ‘flirt a little maybe?’
Ik vraag me dan, al mijmerend af of integer handelen ook een guilty pleasure is….
Integere bedrijfsvoering een guilty pleasure?
Is integere bedrijfsvoering (zie o.a. Wft 3.10 en 3.17) eigenlijk een guilty pleasure? Iets wat je diep in je hart wel wilt, maar niet ‘mag van de groep’? Is het dan belangrijker om bij de groep te horen dan te doen wat je eigenlijk wilt? Schamen mensen zich ervoor om zich aan de regels te houden, als de rest daar een eigen draai aan geeft? Hoe loopt dat krachtenveld?
Wie bepaalt wat een guilty pleasure is?
We hebben het (bijna) allemaal meegemaakt in onze schooltijd. Want de groep vormt je sociale basis en buiten de groep vallen zette je in een sociaal isolement. En dat doe je niet, want je wilt ergens bij horen. Met je muzieksmaak, wat je droeg en waar je uit ging.
En later op het werk zie je het ook weer: “wij doen het hier zo” zet op je eerste werkdag meteen de toon en alle lessen van de opleiding verdwijnen door die ene opmerking in de prullenbak. Want theorie en praktijk verschillen nu eenmaal, hoor je dan.
De groep, de publieke opinie, bepaalt of iets wat jij leuk vindt, door de beugel kan. Mode is ook zo’n fenomeen: als maar genoeg influencers vuilniszakken gaan dragen, hangen ze in no time in de kast van de modegevoelige trendvolger. Het niet dragen van een foute Kerst-trui is pas echt fout!
Voor ons als compliance officers ligt hier wel een uitdaging, in je advisering en je rapportage. Wat we uitdragen moet leuk gevonden worden, geadopteerd worden. Mensen moeten het van binnen voelen. Maar vooral als de groep het adopteert, is dat de sociale basis voor het gedrag van de individuen.
Is integer handelen een pleasure?
Een radio commercial van een verzekeraar benoemt dat verantwoord beleggen misschien minder opbrengt, ‘maar het voelt wel lekker’. Ik vind dat mooi: een duidelijke keuze voor een vorm van integriteit. Een andere verzekeraar claimt dat de winsten aan de deelnemers/verzekerden worden teruggegeven: geen op winst beluste woekeraar, maar een eerlijke partij.
Twee voorbeelden dat integriteit een pleasure is. En ik geloof daar zelf ook in. Het antieke spreekwoord dat eerlijk het langst duurt wees in de vorige eeuw kinderen al in de goede richting.
En onder compliance officers mag dit als vanzelfsprekend worden beschouwd. De vraag is alleen of iedereen het zo ziet. Onderweg zie ik vele verkeersovertredingen, zoals links blijven rijden en telefoongebruik, waarvoor in mijn ogen de nodige groepsdruk bestaat om dit niet te doen.
#metoo, The Voice en dergelijke zijn ook voorbeelden dat integriteit wenselijk en fijn is. Gevoelsmatig durf ik te veronderstellen dat de meeste mensen integer handelen, eerlijkheid, wederzijds respect en dergelijke zaken belangrijk vinden; echt wel een pleasure, dus.
Is integer handelen guilty?
Als integer handelen een pleasure is, kan het dan een ‘guilty’ pleasure zijn? Met andere woorden: is deze pleasure echt fout, een beetje fout, fout-achtig of wat dan ook? Inmiddels kent muziek geen guilty pleasures meer nu “het foute uur” bij radiozenders is ingeburgerd, er “foute feesten” zijn, “foute playlists” en ga zo maar door. En dat past ook in de vrijheid die we als mensen willen hebben; we vinden iets wel of niet leuk en dat is ons goed recht.
Heel kort door de bocht zou je kunnen afleiden dat er geen guilty meer zou (moeten) zijn. Maar ik geloof er nog niet in. Kijk maar naar de berichten in de nationale media over fraude en corruptie, boetes opgelegd aan (financiële) instellingen, toenemende antiwitwaswetgeving en ga zo maar door; dan hoeven we ons dus ook niet guilty te voelen.
En waarom is het niet-integer handelen dan lekkerder dan integer handelen? Ik ben geen psycholoog, maar persoonlijke belangen, organisatiekosten, machtsverhoudingen en ego, ingesleten gewoontes (denk aan de Pavlov honden) en onwil of onkunde om te veranderen zie ik als mogelijke oorzaken. Als bepaalde handelingen ooit getolereerd werden maar door omstandigheden niet meer, betekent integer handelen ineens een gedragsverandering. Dat stuit op weerstand van de groep. Een nieuwe toetreder wordt geacht zich onder groepsdruk te conformeren aan het ‘oude’ gedrag (wij doen dat hier nu eenmaal zo).
Dan wordt het volgen van de richtlijnen wel guilty, want je wilt niet dat je collega’s het merken om niet buiten de groep te vallen. Of omdat het afwijkende gedrag als een aanval op de bestaande informele hiërarchie binnen de groep kan worden beschouwd. Of omdat het gewoon te duur is om extra controles te doen; of omdat er geen tijd voor is binnen de productietargets.
Ik denk dat guilty dus ook wel echt guilty is in sommige of veel gevallen.
De les van Aristoteles
De Griekse filosoof en wijsgeer Aristoteles schijnt gezegd te hebben “alles wat je aandacht geeft groeit”. Ik gebruik dat citaat graag en volgens mij is het in dit kader ook van toepassing.
Doen we dat als compliance officers ook? Benadrukken we dat het aantal nieuwe maar incomplete dossiers afgelopen half jaar is gehalveerd? Of roepen we dat het nog steeds onvoldoende is… Stimuleren we iets positiefs of gaan we er met gestrekt been in? Als ouders moet je soms je stem verheffen: “Ben je nu helemaal…?” maar meestal veinzen we mateloze bewondering voor elke tekening, voor elk schot of radslag. Blijkbaar hebben we een instinct voor de dosering van verschillende toonaarden en boodschappen en het stimuleren van het goede of gewenste. Is dat een vorm van nudging of zelfs influencing, die we in ons werk kunnen gebruiken? Of zelfs moeten?
Kleine kinderen influencen we voortdurend en bij alles. Hoe beroerd de tekening ook is, het is altijd ‘goed gedaan, wat mooi!’. En we bellen samen met de kleine naar opa om te vertellen dat hij of zij al 5 meter heeft gefietst! En niet om te vertellen dat er nu ook een deuk in de auto zit. We proberen als ouders positieve zaken verder te stimuleren bij het kind. Het bevorderen van gewenst gedrag!
Ik denk niet dat ik nu dagelijks een Vlog moet gaan maken over integer gedrag met hier en daar wat NCI-logo’s als product plaatsing. Zo zit ik niet in elkaar. Zou ook erg gemaakt overkomen, denk ik. Maar hoe kun je dan toch een groep beïnvloeden? Zodat integer handelen geen guilty pleasure meer is, maar gewoon… gewoon?
Om me heen zie en hoor ik vaak dat afwijkingen worden gerapporteerd en aanbevelingen worden gedaan ter verbetering. Dan geven we aandacht aan ongewenste zaken; wat zou Aristoteles daarvan vinden? Wil je benadrukken dat het niet goed is en dat er veranderingen nodig zijn? Of benadruk je dat er al veel verbeterd is en adviseer je om met die goede beweging door te gaan? De tweede variant bevat twee complimenten, overigens… Ook benadrukt de tweede zin de pleasure-zijde en draait de het guilty-karakter eigenlijk om.
Ik heb er zelf ook een hekel aan als mensen alleen maar kritiek hebben en nooit een complimentje uitdelen: het voelt dan niet in balans; er wordt gezocht naar elke fout, in plaats van het bevestigen van wat er wel goed gaat. Menselijk, en denk ik ook voor de eerste lijn van toepassing. Want ook dat zijn mensen met guilty pleasures; aan ons als compliance officer de taak om het te laten voelen dat integer handelen een pleasure is waar je je niet voor hoeft te schamen! Laten we dan maar eens starten om dat te herkennen en erkennen en dat ook in ons compliance rapport opnemen.
Does your mother know?
De zanger van Abba begint met een moreel kompas, want hij realiseert zich dat het, gezien haar leeftijd, ongepast is om op de avances van de jongedame in het lied in te gaan. Ik denk dat het moreel gezien niet uitmaakt wat moeder ervan vindt: je moet op je eigen moreel kompas koersen. Aan ons als compliance officer de taak om dat moreel kompas te versterken en te helpen om het te vertalen naar handelen. Of moeder het nu weet of niet, of er nu wetgeving is of niet: integer handelen is wat je wilt. Een pleasure voor jezelf. Dat is wat wij als compliance officer willen versterken in de eerste lijn. Geef het goede aandacht, zodat het goede (verder) groeit.
Ik ben er heilig van overtuigd dat dergelijke compliance rapporten beter zullen worden ontvangen en een hogere acceptatiegraad hebben. Laten we de ‘guilty pleasure’ veranderen in ‘trots’; let mother know….
Ik zet vanavond mijn favoriete streaming top 10 aan en wens jullie veel complimenten en positieve wendingen in 2024!